Dezer dagen vinden de Paralympics plaats in Rio de Janeiro. Ik dacht eerlijk gezegd dat deze spelen voor minder valide sporters nog maar een aantal jaren gehouden werden, maar niets is minder waar.
Sinds 1960 worden ze al georganiseerd, maar er is relatief weinig aandacht voor. Bij deze editie zijn de tribunes goed gevuld en dat is voor de sporters van groot belang. Ze trainen vaak al jaren met grote inzet om hun doel te bereiken. Wat mij zo intrigeert in het kader van samenwerken is o.a. het tandem rijden. Het tandemwielrennen is een vak apart. De beide wielrenners, meestal een visueel gehandicapte en een ziende sporter, moeten heel goed op elkaar ingespeeld zijn. Na de bochten moet je goed samen gaan staan. Het gezamenlijk staan en tegelijkertijd weer gaan zitten is erg belangrijk om de tandem in evenwicht te houden. Daar had ik dus nooit over nagedacht. Maar het is in feite op een ultieme manier rekening houden met elkaar. In dit geval om een zo goed mogelijk resultaat te behalen. En aan de lijsten met behaalde medailles te zien, zit dat wel goed.
Bij de startdienst op 11 september jl. in onze kerk, is het samen werken, samen leven ook als belangrijk punt van aandacht genoemd. Ook in de kerkelijke gemeente kun je samen het beste resultaat halen als je zo goed mogelijk probeert je in elkaar te verdiepen. Afstemmen op elkaar. Welke kant gaan we op. Wat doe jij en wat doe ik.
De Paralympics zijn inmiddels achter de rug. Het nieuwe winterseizoen is begonnen.
Zijn we klaar voor de start?
Namens de redactie.